door Jaap Hamburger
Jaap Hamburger, voorzitter van de stichting Een Ander Joods Geluid, reisde in maart naar Gaza. Hij is onder indruk van de veerkracht van de bevolking. ,,Waar mensen hun waardigheid wordt afgenomen, tonen zij zich van hun meest waardige kant.''
Dankzij onder andere de welwillende medewerking van de Israëlische visumverstrekkende autoriteit ben ik half maart een paar dagen in Gaza geweest. Zoals iedere reiziger tegenwoordig, kwam ik binnen via de overgang Erez in het noorden. Ik kon reizen tot Rafah in het zuiden, met zicht op de Egyptische grens. Discussies in Nederland over terrorisme, boycot, oorlog en smokkeltunnels krijgen ter plaatse een gezicht: het gezicht van een burgerbevolking in de knel. Mahmoud Abu Lulu is 24. Hij ligt op een laag bed in een van plastic gemaakte aanbouw van een huis in Rafah. Er is geen vloer, het bed staat in het zand. Mahmoud zat met een vriend een sinaasappel te eten in de boomgaard, toen een raket uit een onbemand vliegtuigje hem raakte.
Het is nu twee maanden geleden, maar de schrik staat nog op zijn gezicht. Of is het de pijn die hem zo'n holle aanblik geeft? Er is een ets van Rembrandt, waarop deze een ontstelde 'tronie' trekt, alsof hij een minuut eerder de duivel in levenden lijve heeft zien langskomen. Zo ziet Mahmoud Abu Lulu eruit.Zijn vriend was meteen dood, zelf was hij bewusteloos, halfzijdig verlamd. Hij is in Egypte behandeld, ligt nu hier en moet van de dokter zijn voet bewegen. Het lukt, dus toch aan die kant niet helemaal verlamd misschien? Zijn familieleden om hem heen kijken een beetje opgelucht, behalve Mahmoud zelf.
Volgende patiënt
Door naar de volgende patiënt. Zij ligt in een bed in het ruime en koele huis van haar ouders, op de eerste verdieping. Nadal An-Nahal stond op zaterdag 27 december met twaalf klasgenoten bij de bushalte. Zij hadden halsoverkop vrij gekregen, maar de bus kwam niet opdagen, want er was zojuist oorlog uitgebroken. Nadal maakte er meteen kennis mee. De raket brak haar linkerbeen, op alle plaatsen tussen heup en voet waar een been breken kan, en doodde op slag tien vriendinnen. Om haar bed een dokter, een fysiotherapeut en een psychosociaal werkster, die zacht tegen haar praat terwijl ze haar oefeningen doet. Het Arabisch van de vrouw naast Nadals bed klinkt zo vriendelijk, zo mild, dat ik zou willen dat het tegen mij was.Met haar handen steunt de nu 19-jarige Nadal haar been, dat onder het laken vandaan komt. Ik zie een opengeknipte spijkerbroek, ik zie ijzer: stangen, pennen, schroeven en daarachter het dunne been dat eind december voorgoed kreupel werd.Niet alleen Nadal An-Nahal, heel Gaza is kreupel. En net als Nadal probeert de bevolking van Gaza op de been te blijven. Als er geen cement is, bouwt zij haar huizen van leem en nog bruikbaar puin. Puin is rijkelijk voorhanden. Als er geen licht is, brandt de bevolking kaarsen. Ik had zestig Hema-kaarsen meegenomen. Als er geen glas is, om door de bombardementen gesprongen ruiten te herstellen, hangt men lakens en dekens voor de openingen. Als er geen benzine is, rijdt men op ezelkarren.
Open lucht
Bewoners wier huis kapot is, trekken in bij familie. Als Israël de keukentent tegenhoudt die de VN voor het daklozenkamp besteld heeft, koken zij op een vuurtje in de open lucht. Als de liftschacht in het ziekenhuis afgebouwd is, maar de lift zelf maandenlang wordt vastgehouden in de haven van Ashkelon, dragen de verpleegsters de stretchers via de trap naar de vierde etage. Als er geen anesthesie is voor de patiënten, lijden zij pijn. Als de kliniek voor moeder en kind als enige gebouw in een dichte buurt 'bij vergissing' is gebombardeerd (de betonnen vloeren van alle verdiepingen liggen als pannenkoeken op elkaar) houden de dokters spreekuur in een huis.Als de inwoners van Gaza hun strook niet mogen verlaten, ontvangen zij hun bezoekers met een zorg en gastvrijheid die bijna ongemakkelijk maakt. En als er geen perspectief is, maken zij grappen.
Beelden
De 'Onbekende Strijder', een beeld op een sokkel in het parkje in Gazastad, is verdwenen. Fanatiekelingen hebben hem neergehaald, want hun godsdienst zou 'beelden van mensen' niet toestaan.
Op de sokkel wappert een groene banier. ,,Hij is twee keer gestorven'', zegt mijn gastvrouw lachend. ,,Eén keer door toedoen van de Israëli's, de tweede keer door toedoen van Hamas.'' Humor is het verweer van een volk in verdrukking, en mijn gedachten schieten door de tijd terug naar de humor van het getto. Waar mensen hun waardigheid wordt afgenomen, tonen zij zich van hun meest waardige kant. Wie het wil ervaren, laat hij een paar dagen naar Gaza gaan.
J. Hamburger is voorzitter van de stichting Een Ander Joods Geluid.
Ned.Dagblad 29-05-09